10 apr, 10:00
Algemeen
UITGEEST – De arbeidsmarkt is krapper dan ooit. In nagenoeg alle Nederlandse gemeenten daalt het aantal werkzoekenden terwijl het aantal vacatures blijft stijgen. De personeelsproblemen zijn niet zomaar opgelost, stelt Ton Wilthagen, hoogleraar Arbeidsmarkt aan de Tilburg University. “Er ontstaat een kraptecrisis die nog tientallen jaren kan aanhouden.”
Bouwprojecten die stil komen te liggen vanwege een gebrek aan vakmensen. Treinen die uitvallen als gevolg van personeelstekort bij de verkeersleiding. Operaties waarvoor de wachtlijst steeds langer wordt doordat er te weinig artsen en verpleegkundigen zijn. Of restaurants die de deuren sluiten omdat ze de roosters niet rondkrijgen. Stuk voor stuk voorbeelden van personeelstekorten die de hele samenleving raken.
Hoewel er in heel Nederland gebrek is aan onder meer technische krachten en zorgpersoneel, zijn er regionale verschillen. Zo is het lerarentekort in steden als Amsterdam en Rotterdam nijpend, terwijl er in Midden-Limburg en Drechtsteden nauwelijks tekorten zijn.
Vergrijzing
Ook de vraag naar zorgpersoneel hangt samen met de demografie. Zo zijn in het behoorlijk vergrijsde Limburg veel zorginstellingen op zoek naar nieuwe werknemers. In Flevoland, dat in de beginfase van de vergrijzing zit, neemt de vraag naar huisartsenzorg juist toe.
Voor elke werkzoekende waren er eind vorig jaar vier openstaande vacatures. Nooit eerder waren het er zo veel. Het aantal mensen met een WW-uitkering daalde het afgelopen jaar flink in vrijwel alle gemeenten, zo ook in Uitgeest. Begin dit jaar telde Uitgeest 115 inwoners met een werkloosheidsuitkering, blijkt uit cijfers van uitkeringsinstantie UWV. In januari 2021 waren dit er nog 178, zo’n 35 procent meer. Daarmee is het aantal werkzoekenden in Uitgeest harder gedaald dan het landelijk gemiddelde. In heel Nederland daalde het aantal mensen met een WW-uitkering het afgelopen jaar met 33 procent.
Het einde van de krappe arbeidsmarkt is, onder meer door vergrijzing, nog niet in zicht. Hoogleraar Wilthagen verwacht dat Nederland nog zeker dertig jaar te maken heeft met personeelstekorten, tenzij er fors wordt ingegrepen.
Oekraïners
De Oekraïners die vanwege de oorlog in hun eigen land naar Nederland zijn gekomen mogen sinds vrijdag aan het werk. Onder meer de horecabranche en de kinderopvangbranche zetten de deuren wijd open. Pieter Vermeer merkt dat Oekraïners “zeker interesse hebben om hun kansen in Nederland te verkennen.”
De door Vermeer opgerichte stichting JobOn, die al negen jaar werkzoekenden bijstaat, merkte de interesse van Oekraïners op tijdens een voor hen georganiseerd webinar. “Er komen tienduizenden vluchtelingen naar Nederland die gemotiveerd zijn om te werken en mogelijk ook bereid zijn om laaggeschoold werk te doen,” aldus Vermeer. “Dat is zeker een kans voor werkgevers.”
Maar ook die ruim 21.000 Oekraïners – veelal vrouwen en kinderen – die naar Nederland zijn gevlucht lossen het probleem niet op. “In de eerste plaats moeten zij goed worden opgevangen en geholpen,” zegt Wilthoven. “Als ze langer willen of moeten blijven, kunnen zij uiteraard de Nederlandse arbeidsmarkt versterken. Maar het is niet zo dat deze aantallen vluchtelingen ons krapteprobleem kunnen oplossen.”
Bron: ANP
Nederland heeft nog decennialang te maken met personeelstekorten
“De Oekraïners kunnen de arbeidsmarkt versterken”
Oplossingen voor het personeelstekort
Hoogleraar Arbeidsmarkt Ton Wilthagen heeft tien actiepunten om de kraptecrisis te bestrijden. Hij adviseert het kabinet:
– Fors te investeren in leerwerktrajecten. Zo moeten de één à twee miljoen mensen die kunnen en willen werken, maar vanwege gezondheidsproblemen niet in beeld zijn, aan het werk geholpen worden.
– Studiekiezers te stimuleren om te kiezen voor cruciale sectoren waarin de krapte groot is. Bijvoorbeeld met lager collegegeld of een werkgarantie.
– Studenten tijdens hun opleiding eerder en langer in de praktijk in te zetten en eventueel opleidingen in te korten.
– Werk in kraptesectoren aantrekkelijker te maken door het loon en andere arbeidsvoorwaarden te verbeteren.
– Voltijds werken te stimuleren, bijvoorbeeld door kinderopvang goedkoper te maken of met een voltijdsbonus voor wie meer dan dertig uur per week werkt.
– Personeel binnen bedrijven om te laten scholen naar functies waarin tekorten zijn.
– Zij-instroom te stimuleren. Mensen die werken in sectoren waarin het werk afneemt kunnen zo doorstromen naar krappe branches.
– Mensen aan te trekken uit het buitenland en vitale ouderen langer aan het werk te houden.
– Te regelen dat mensen makkelijker bij hun werk kunnen komen.
– De arbeidsproductiviteit te verhogen met behulp van technologie, bijvoorbeeld zelfscankassa’s in de supermarkt en QR-codes om mee te bestellen in de horeca.